‘Centerloos slijpen doe je met je zintuigen’
Tekst en beeld: Ronald Buitenhuis, Metaal & Techniek
‘Hier staat nooit een radio aan’, zegt Peter Heessels bij een rondleiding door de fabriek. ‘Je moet luisteren naar de machines, eventuele trillingen voelen. Centerloos slijpen doe je met je ogen, oren en met gevoel.’ Centerloos slijpen is een rondslijpbewerking waarbij een werkstuk tussen twee schijven wordt gelegd of wordt doorgevoerd. De zogenaamde regelschijf geeft het werkstuk een omloopsnelheid, de slijpschijf slijpt het product op maat. De afstand van de twee schijven bepaalt de slijpmaat. Het product wordt ondersteund door een ‘liniaal’. Er staan een flink aantal ‘klassiekers’ in de fabriekshal van Helmond Precisie. Machines die tonnen euro’s kosten. Heessels: ‘Fabrikanten van centerloze slijpmachines maken er maar een paar per jaar omdat er relatief weinig vraag is. Ontwikkelkosten kun je dan niet over grote aantallen verdelen.’ Sommige van de machines die nu nog draaien, kocht Heessels in 1978 uit een failliete boedel van een bedrijf dat onder meer onderdelen voor fietsen maakte. Heessels was op dat moment adjunct directeur bij een machinefabriek en daarvoor was hij inkoper geweest van onder meer metalen producten bij kopieerfabrikant Rank Xerox. ‘Ik kende de metaalmarkt dus wel een beetje.’ Hij zag een kansrijke nichemarkt. ‘In Nederland heb je maar twee/drie spelers die puur gespecialiseerd zijn in centerloos slijpen. Er zijn wel wat bedrijven die ook een machine ervoor hebben staan, maar dat is voor ‘erbij’. Het is niet core business.’
Grote Aantallen
Heessels zegt dat ondanks de economische crisis van afgelopen jaren, hij gouden jaren achter de rug heeft. Zelfs in 2009 op het dieptepunt van de markt pluste hij. De jaren eromheen waren het ‘dubble digits’: groeipercentages van tien procent en meer. Een mooie groeimarkt dus, maar waarom willen niet meer spelers uit de metaalindustrie dan actief in zijn in dit segment? Heessels: ‘Om twee redenen. Enerzijds zijn de machines als gezegd erg duur in aanschaf. Het instapniveau is dus hoog. Daarnaast heeft de Nederlandse (metaal)markt angst voor grote aantallen. En juist grote aantallen zijn interessant voor centerloos slijpen. Daar moet je de marge halen. In Duitsland schrikken ze veel minder van grote aantallen.’
Hannover Messe
Toen Heessels in 1978 begon, was vooral Nederland het speelveld. Een grote kentering kwam toen hij eind jaren tachtig naar de Hannover Messe ging. Daar opende de Duitse markt zich voor hem. Inmiddels maakt anno 2014 Duitsland tachtig procent van zijn omzet uit. Hij ziet bij onze oosterburen ook een kentering die wel eens heel goed kan uitpakken voor de toekomst van Helmond Precisie. ‘Traditioneel hebben Duitse fabrikanten het liefst alles onder één dak. Centerloos slijpen is dan onderdeel van een onderneming. Maar ook daar zie je dat ze zich onder druk van de markt steeds meer gaan concentreren op core business en zaken uitbesteden. Centerloos slijpen is vaak geen core business en dat komt nu onze kant op.’ Concurrentie uit lagelonenlanden is er wel, maar beperkt. Heessels: ‘We hebben het hier over high tech producten met lage toleranties. Staal is zwaar en dus heb je met veel transportkosten te maken. Bulkproducten met hoge toleranties, trapassen voor fietsen bijvoorbeeld, komen wel uit lagelonenlanden maar als het echt hoogwaardig precisiewerk is, komen klanten toch snel hier.’ Heessels is overigens een stuk enthousiaster over de beurzen in Duitsland, dan die in pakweg Utrecht. ‘In Nederland komen mensen folders halen die ze thuis of onderweg al allemaal weggooien. Duitsers nemen de folders mee naar huis en leggen die neer bij mensen in het bedrijf die er verstand van hebben.’
Voorbeelden
Asjes, alles draait bij Helmond Precisie om asjes. Voor elektromotoren van Miele maken ze asjes, maar ook voor schokbrekerstangen voor brandweergereedschappen. Voor Volvo’s worden asjes geslepen voor een krukas in opdracht van het Duitse Hilite. Asjes voor bakovens die in restaurants de biefstukken garen en veel asonderdelen voor ventilatiesystemen.
Heessels: ‘Bijvoorbeeld voor ICT-koeling. In dat soort systemen zijn lage toleranties belangrijk omdat als er ruimte op assen en lagers komt, je direct geluidsoverlast en trillingen krijgt.’ Mooi verhaal ook hoe toeval je door de crisis kan helpen. ‘Op het dieptepunt van de markt kregen we een grote order voor assen in ventilatoren voor een vertrekhal in een luchthaven in Korea. Motoren die dertig procent minder energie verbruiken.’ Volgens Heessels komt de toegenomen vraag naar producten uit zijn fabriek ook nog ergens anders vandaan. ‘Bedrijven zijn momenteel op zoek naar nieuwe producten. Innovatie om weer marktaandeel te vergaren. Daar liften wij op mee.’ Dat ze daarbij in Helmond uitkomen, heeft deels te maken met mond-tot-mondreclame. ‘Ik doe niet eens zo heel veel aan acquisitie. Het is gewoon bekend in de markt dat, als het gaat om grote aantallen geslepen assen, Helmond Precisie de juiste partij is.’
Toekomst
De toekomst baart de 64-jarige eigenaar deels zorgen. Nee, de opvolging is geregeld in de persoon van zijn dochter Loes. Lachend: ‘Ze werkt hier nu al en de rendementen zijn beter dan bij mij…’ Zorg over 3D-metaalprinten heeft hij ook niet. ‘3D is voor grote aantallen niet interessant.’ Kunststof is ook geen bedreiging. ‘Spuitgieten levert grove toleranties en die assen moeten bovendien weer worden geslepen. Dat kunnen de machines die we hier hebben ook.’ Gezien de kapitaalsinvesteringen is concurrentie geen grote zorg, concurrerende technieken kunnen toch niet de aantallen aan die centerloos slijpen wel aankan. CNC-machines heeft hij niet nodig omdat er niets hoeft te worden bijgestuurd. Als er bijvoorbeeld tapse producten moeten worden gemaakt, worden daar gewoon de slijpstenen op aangepast. ‘Toch moet je enorm opletten’, waarschuwt Heessels. ‘Je hebt geen idee uit welke hoek bedreigingen kunnen komen. Toen ik begon had je nog typemachines, die worden nu niet meer gemaakt. Of kijk naar de snelle ontwikkeling van de GSM. De zorg is dat je slecht kunt voorspellen welke kant een markt op tendeert. Onzekerheid is de echte zorg.’ Voorlopig komen er echter nog jaarlijks 1,5 miljoen asjes uit de Helmondse fabriek. Dat lijken er de komende jaren eerder meer dan minder te worden.